IN DEZE HANDLEIDING:
Wat is de 5s lean methode
5S is een Lean term die verwijst naar vijf Japanse woorden die “opruimen” beschrijven. Het verwijst naar het Japanse principe van orde en netheid.
5S wordt gezien in de context als een organisatie van de werkplek: Het vermindert afval, vervuiling en ongevallen. 5S is overal toepasbaar. Van de fabriek naar het kantoor. In Lean organisaties wordt 5S gezien als de basis voor continue verbetering. Daarom wordt in de Lean Green Belt training van Lean.nl veel tijd besteed aan het 5S concept.
5s lean methode model voorbeelden
Slordigheid en gebrek aan netheid en orde leiden gemakkelijk tot ongelukken. Risico van struikelen en vallen door rondslingerende apparatuur, uitglijden over water of vetvlekken.
Het 5S-systeem streeft naar een opgeruimde, goed georganiseerde en ordelijke werkplek. Op die manier neemt de werkveiligheid natuurlijk toe, en niet alleen de veiligheid, je vindt ook sneller iets of merkt dat er iets ontbreekt en moet worden aangevuld.
Dit leidt tot snellere processen met minder variabiliteit en fouten, kortom minder verspilling (muda).
Deze Japanse termen met hun Nederlandse equivalenten zijn:
Japans | Engels | Nederlands | |
S1 | Seiri | Sort | Sorteren |
S2 | Seiton | Set in Order | Schikken |
S3 | Seiso | Shine | Schoonmaak |
S4 | Seiketsu | Standadize | Standaardiseren |
S5 | Shitsuke | Sustain | Standhouden |
S1: Sorteren
Onderscheid maken tussen wat nodig en wat overbodig is. De eerste stap is opruimen. Wat je niet meer nodig hebt, moet verdwijnen. Dit geldt ook voor gebroken of beschadigde artikelen.
Spullen die je lang niet gebruikt hebt. Bekijk al het materiaal en verzamel alles wat overbodig is.
S2: Schikken
Schikken betekent gereedschappen/materialen en andere hulpmiddelen een vaste plaats geven, de werkplek zo organiseren dat iedereen alles snel en gemakkelijk kan vinden: voor alles een geschikte plaats en alles op zijn geschikte plaats.
Alles binnen handbereik, bijvoorbeeld. Gebruik vloermarkeringen om aan te geven waar trolleys enz. moeten worden geplaatst. Als een plek leeg is, zie je meteen dat er iets ontbreekt.
S3: Schoonmaken
Schoonmaken betekent bijvoorbeeld vloeren en alle objecten (machines, apparatuur, opslagsystemen) schoonmaken. Het gaat ook om het vaststellen van reinigingsmethoden, normen en verantwoordelijkheden. Er worden afspraken gemaakt over wie welke machines of werkplekken schoonmaakt.
S4: Standaardiseren
Standaardiseer de eerste drie stappen en zorg ervoor dat dit een gewoonte wordt door normen in te voeren. Gebruik visuele Enkele visuele hulpmiddelen.
S5: Volhouden
Middelen om de andere vier S’en te beveiligen. Volg altijd gestandaardiseerde procedures. Controles uitvoeren op netheid en reinheid.
5S + 3 Safety, Security en Satisfaction
Sommige bedrijven voegen een aantal s en naast de 5 toe.
Safety
Alle gebruikelijke werkmethoden moeten in de eerste plaats zorgen voor een veilige werkomgeving; het werk mag geen gezondheidsklachten bij de werknemers veroorzaken. Een methode om de veiligheid te controleren is het uitvoeren van audits op de gemba.
Security
Veiligheid zijn maatregelen om werknemers te beschermen tegen schadelijke invloeden. Deze komen vaak van buitenaf, door criminaliteit, of van binnenuit, door fraude.
Satisfaction
Geef mensen het gevoel erbij te horen, bijvoorbeeld door samen successen te vieren. Complimenteer mensen met hun 5’s.
Wat is LEAN-management? De betekenis
De Engelse term lean manufacturing betekent letterlijk slanke productie. De beginselen van LEAN-management gaan terug tot de Japanse autofabrikant Toyota.
Een echte slanke organisatie kan worden herkend aan de volgende 6 kenmerken:
- Rust, reinheid en regelmaat: als basis waarop alle andere verbeteringen een veel betere voedingsbodem vinden dan in een ongestructureerde en vuile omgeving.
- Producten worden “just in time” geproduceerd: geen voorraden, batches of partijen, maar een continue stroom van producten (volgens takt).
- De kwaliteit van de eindproducten wordt gewaarborgd door processen en productontwerp.
- Empowered teams nemen de beslissingen: geen bureaucratie, korte communicatielijnen, verantwoordelijkheid ligt zo diep mogelijk in de organisatie.
- Visueel beheer om de productie te controleren en feedback te geven.
- Een constante zoektocht naar perfectie om de organisatie elke dag een beetje beter te maken.